Overslaan en naar de inhoud gaan
Door redactie op 14-01-2014 - 13:36

Werknemers die getroffen worden door een beroepsziekte betalen daarvoor zelf vaak de rekening. Aldus Wim Eshuis die op 4 december promoveerde op werknemerscompensatie en preventie van beroepsziekten en arbeidsongevallen.

 

 

Naast de gezondheidsschade en het bijpassend leed is er financiële schade. Bij arbeidsongeschiktheid komen vele mensen met een beroepsziekte na twee jaar in de bijstand terecht. Bovendien worden ze vaak onheus bejegend en raken dikwijls in een sociaal isolement. Er bestaat in Nederland geen regeling ter compensatie van de financiële schade. De weg naar het aansprakelijkheidsrecht is voor werknemers met beroepsziekten hoogdrempelig: een kostbare,  langdurige en ongelijke strijd, waarbij de verzekeraars van de werkgevers ruime middelen en weinig haast hebben. De huidige compensatiepraktijk werkt niet, stelt Wim Eshuis in zijn proefschrift, dat is opgedragen aan werknemers die door een arbeidsongeval of beroepsziekte zijn getroffen.

Wie zijn schade wil verhalen, moet vaak een zware juridische lijdensweg afleggen, stelt Eshuis. Jaarlijks lopen ongeveer 250.000 werknemers gezondheidsschade op door een arbeidsongeval of een beroepsziekte. Zo'n 10 procent zit na een half jaar nog steeds ziek thuis. Van de 25.000 slachtoffers met extra financiële schade komen er maar 4000 in aanmerking voor enige schadevergoeding.

Achterin het boek zijn zeven case-studies opgenomen die lezen als korte verhalen. Eshuis onderzocht onder meer de beroepsziekte RSI en ontdekte dat na een incident of ziekte er nauwelijks maatregelen worden genomen om de werkplek beter te maken.. Het zijn natuurlijk worst-case studies, want een steekproef van gevallen die via het Bureau Beroepsziekten FNV  tot een gerechtelijke uitspraak of een schikking in de aansprakelijkheidskwestie hebben geleid. Toch zijn in deze gevallen dezelfde patronen zichtbaar: vaak situaties waarin werknemers gedwongen moeten re-integreren in dezelfde functie waarin ze ziek werden, of terug moesten naar de werkplek die nog steeds onveilig is, met bedrijfsartsen die het keurig vastlegden, maar niet ingrepen.

Quartaire preventie
Interessant is de introductie van het begrip ‘quartaire preventie’, naast de primaire, secundaire en tertiaire preventie uit de gezondheidszorg. Quartaire preventie is gericht op beheersing van de schadelast en de ongevalskosten en op een efficiënte schadelastverdeling. In de rechtseconomie gaat men ervan uit dat financiële prikkels in compensatiesystemen een zodanige invloed kunnen hebben op de schadelast van betrokken actoren dat daling of stijging van arbeidsongevallen en beroepsziekten ontstaat en de arbeidsomstandigheden verbeteren.

De compensatie voor beroepsziekten en arbeidsongevallen is momenteel een punt van discussie bij patiëntenorganisaties, vakbeweging, de Sociaal-Economische Raad en politiek. Ook Eshuis vindt dat er een nieuw systeem moet komen. Hij pleit voor een aparte collectieve verzekering, of een afzonderlijke cao-bepaling. Een werknemers hoeft zo minder ruzie te maken met zijn werkgever en krijgt sneller zijn geld. Verder wil de promovendus dat de Arbeidsinspectie onwillige bedrijven dwingt om iets aan onveilige situaties op de werkvloer te doen. Van de overheid mag toch verwacht worden dat ze toezicht houdt op veilig en gezond werk?

Wim Eshuis. Werknemerscompensatie in de steigers, naar een nieuwe aanpak van werknemerscompensatie en preventie van beroepsziekten in arbeidsorganisaties. Academisch Proefschrift, Universiteit van Amsterdam. ISBN 9789491757044. Wim Eshuis, Utrecht, 2013

Download samenvatting via http://dare.uva.nl/document/503626

Gert van der Laan, klinisch arbeidsgeneeskundige