Overslaan en naar de inhoud gaan

Een medewerker van een productiefabriek houdt last van oorsuizen, ook na overplaatsing naar de iets stillere inpakafdeling. Wat te doen?

Een 54-jarige man, werkzaam in een inpakafdeling van een productiefabriek valt uit met klachten van tinnitus. De klachten bestaan uit een hoge piepende toon in het linkeroor, de klachten versterken als hij in de inpakhal zijn werkzaamheden doet.
Hij is twee jaar geleden op advies van de bedrijfsarts naar de inpakafdeling overgeplaatst, omdat in de productiehal waar hij toen werkte hoge lawaainiveaus zijn (82-85 dB gemiddelde dagdosis) en hij er klachten van oorsuizen kreeg. Het toen gemaakte audiogram gaf rechts normaal gehoor en links matig gehoorverlies te zien in de hogere tonen (40 dB verlies bij 4 kHz en 50 dB verlies bij 6 kHz).
In de inpakhal is de hoogte van de lawaaiblootstelling gemiddeld rond de 78-80 dB, met regelmatig dreunen afkomstig van de inpakmachines.
Met de tinnitusklachten heeft hij de KNO-arts geraadpleegd die geen bijzonderheden vaststelde, in het bijzonder geen brughoektumor. Hij vond eenzelfde gehoorverlies aan het linkeroor als twee jaar gelden bij de Arbodienst (10 dB verlies bij 2 kHz, 40 dB verlies bij 4 kHz, verder aflopend naar 60 dB verlies in de hogere tonen) terwijl aan het rechteroor een normaal gehoor wordt gemeten.

Het gehoorverlies voldoet niet aan de registratierichtlijn (B001) om het als beroepsziekte te melden. Wel heeft de tinnitus een relatie met de werkzaamheden. De klachten treden ook op als hij passende gehoorbescherming draagt (otoplastieken). Er is duidelijk sprake van een versterkte gevoeligheid voor lawaai.
Als de man het advies krijgt te stoppen met de blootstelling betekent het vrijwel zeker verlies van werk. In het bedrijf zijn er voor hem geen passende functies. Hij kan zich als alternatief verder beschermen tegen het lawaai in de fabriek door oorkappen met een muziekje te dragen. Het muziekje dient dan als maskering. Bovendien kan hij nog overleggen op de afdeling dat hij meer aan de rand van de inpakmachines staat in plaats van er tussen in. De dagdosis zal dan lager zijn, hoewel naar verwachting niet zodanig dat hij geen hinder meer heeft. Mochten de klachten blijven dan kan er ook nog een meer psychologisch en gedragsmatig traject worden voorgesteld (Langguth 2012). Het advies is om dat traject te verkiezen boven een beroepsziektemelding aan de werkgever en werknemer met als consequentie het staken van werk. De tinnitus (H 102) kan wel anoniem zonder mededeling aan werknemer en werkgever worden gemeld aan het NCvB.

Langguth B, Tinnitus: the end of therapeutic nihilism. Lancet 2012; 379: 1926-1927

Bas Sorgdrager