Overslaan en naar de inhoud gaan

Een 44-jarige planner bij een ondernemer in het groente- en fruittransport heeft zich ziek gemeld omdat het niet meer gaat. Ze voelt zich overbelast en gespannen. Personeelstekort maakt de werkdruk hoog. Wat te doen?

Ze werkt al meer dan 20 jaar als planner bij een ondernemer in het internationaal groente- en fruittransport. Ze heeft dit werk altijd graag gedaan en vond de onverwachte dingen in de sector vaak een uitdaging om de groente en het fruit vanuit alle delen van Europa zo goed mogelijk, juist, tijdig en volledig op de plaats van bestemming te krijgen. En heel vaak lukte dat. Maar nu lukt het vaak niet of met heel veel moeite.

Vroeger werkten er namelijk zes mensen op de afdeling en was er al ruim voldoende werk, maar kregen ze met hard werken de zaken toch wel rond. Na Corona is het aanbod gegroeid en zijn er veel meer wisselende leveranciers. Er is voldoende business en de opbrengsten zijn goed, maar er zijn momenteel te weinig mensen zijn om dit werk te doen. Zo werken er op dit moment vier mensen op de afdeling en dat is dus te weinig voor het werkaanbod. Daar komt bij dat één van hen al maanden kampt met long Covid, daarvoor wordt behandeld en maar voor de helft inzetbaar is. Dus met 3,5 medewerkers is beschikbare capaciteit bijna gehalveerd, terwijl het werkaanbod zo is gestegen dat 7 medewerkers er de handen vol aan zouden hebben.

De werkgever stelt alles in het werk om hier iets aan te doen, maar er is geen personeel te krijgen, want de collega’s kampen met dezelfde problemen en doen hetzelfde.

Deze planner wil graag advies om van haar huidige klachten af te komen en weer normaal te kunnen functioneren in werk en privé. En ook hoe ze overbelasting in de toekomst kan voorkomen. 

De bedrijfsarts loopt het 6-stappenplan door en concludeert voor zichzelf dat er sprake is van een beroepsziekte in de vorm van een overspanningsbeeld. Hij verwijst haar door naar de bedrijfspsycholoog voor nadere diagnostiek en behandeling. De preventieve aanpak op bedrijfsniveau is lastiger dan je aanvankelijk zou denken. Bronaanpak zou betekenen dat de onderneming minder werk moet aannemen, maar dat vinden de meeste ondernemers niet wenselijk. De werkprocessen zijn in het verleden vaak al geoptimaliseerd. Uiteindelijk kiest de bedrijfsarts voor een tweeledige aanpak. Mevrouw gaat naar de bedrijfspsycholoog en de bedrijfsarts legt met toestemming van betrokkene de casus voor aan de A&O-deskundige van de Arbodienst om op die manier input te krijgen voor bedrijfsmatige interventie. Het idee is dat de uitkomst in eerste instantie wordt gedeeld met de medewerkster en daarna met de werkgever.