Hoe kan de arbeidsmarktparticipatie van werknemers zonder vast dienstverband, ook wel vangnetters genoemd, die kampen met psychische klachten worden bevorderd? Dat is de focus van het proefschrift waarop Selwin Audhoe aan UVA is gepromoveerd.
Onder de werkende populatie vormen werklozen, uitzendkrachten en personen met een beëindigd dienstverband een kwetsbare groep, met een verhoogde kans op ziekteverzuim en langdurige arbeidsongeschiktheid ten gevolge van psychische klachten. Deze werknemers zonder vast dienstverband, worden ook wel vangnetters genoemd.
De focus van het proefschrift ligt op hoe arbeidsparticipatie van zieke vangnetters met psychische klachten kan worden bevorderd. Dit wordt gedaan door voorspellende factoren voor terugkeer naar werk te identificeren en perspectieven van vangnetters over succesvolle arbeidsparticipatie en interventies die arbeidsparticipatie kunnen beïnvloeden te bestuderen. De eigen inschatting en beoordeling van gezondheid, leeftijd en (gedeeltelijke) werkhervatting zijn de belangrijkste voorspellende factoren voor arbeidsparticipatie bij deze doelgroep. Kwalitatief onderzoek wijst uit dat vangnetters te maken hebben met multipele problemen in verschillende levensdomeinen gerelateerd aan hun ziekte, persoonlijke omstandigheden en omgeving. Verder dat bij vangnetters drie typen attituden t.a.v. terugkeer naar werk te onderscheiden zijn, die arbeidsparticipatie kunnen beïnvloeden.
Een ander studie wijst uit dat de aangepaste NVAB richtlijn voor begeleiding van werknemers met psychische problemen, in de vorm van een werkwijzer, professionele ondersteuning en structuur geeft aan verzekeringsartsen bij de verzuimbegeleiding van vangnetters met milde psychische problemen. Literatuuronderzoek wijst uit dat er geen effectieve interventies met sterk bewijs zijn om arbeidsparticipatie van vangnetters met psychische klachten te bevorderen. Het is dan ook belangrijk om effectieve interventies te ontwikkelen voor deze kwetsbare groep. In een gecontroleerde klinische studie met een nieuw ontwikkelde interventie – ‘Breinwerk’ genaamd – blijkt de Breinwerk Interventie op korte termijn niet effectiever in het verkorten van de arbeidsongeschiktheidsduur, vergeleken met de gebruikelijke werkwijze.
Er wordt geadviseerd dat verzekeringsartsen en andere praktijk professionals zich bewust moeten zijn van de voorspellende factoren voor arbeidsparticipatie en de drie typen attituden voor terugkeer naar werk bij vangnetters met psychische klachten.
Selwin S. Audhoe Promoting work participation of non-permanent workers with psychological problems: An evidence-based approach to occupational health care. AMC UvA 2016 Coronel Instrituut, promotoren: prof. dr. J.K. Sluiter en prof. dr. M.H.W. Frings-Dresen, co-promotoren: dr. J.L. Hoving en dr. K. Nieuwenhuijsen
- 12 weergaves